De Turkse minister van Buitenlandse Zaken, Hakan Fidan, heeft een ontmoeting gehad met de de facto leider van Syrië, Ahmed al-Sharaa, in Damascus. Tijdens deze bijeenkomst beloofde hij ondersteuning bij de politieke transitie en de wederopbouw van het door oorlog verwoeste land na de val van het regime van Bashar al-Assad. Fidan en al-Sharaa benadrukten de noodzaak van eenheid en stabiliteit in Syrië en pleitten voor het opheffen van alle internationale sancties tegen het door oorlog getroffen land. Foto’s en beelden die door het Turkse ministerie zijn gedeeld, toonden Fidan en al-Sharaa terwijl ze elkaar omhelsden en de hand schudden. Deze ontmoeting vond plaats twee dagen nadat de Turkse president Recep Tayyip Erdogan had aangekondigd dat Fidan naar Damascus zou afreizen om de nieuwe structuur in Syrië te bespreken.
Tijdens de persconferentie met al-Sharaa verklaarde Fidan dat Turkije “aan uw zijde zal blijven staan… Hopelijk liggen de donkerste dagen van Syrië achter ons en wachten ons betere dagen.” Hij voegde eraan toe dat de sancties tegen Damascus “zo snel mogelijk” opgeheven moeten worden en dat de internationale gemeenschap “zich moet mobiliseren om Syrië weer op de been te helpen en de ontheemden te laten terugkeren.” Al-Sharaa, die twee weken geleden zijn eerste openbare persconferentie hield sinds hij de operatie leidde om al-Assad omver te werpen en de macht over te nemen, riep ook de internationale gemeenschap op om alle sancties tegen Syrië op te heffen. “Alle economische sancties moeten worden opgeheven, nu is de roofdier weg en zijn er alleen nog slachtoffers over. De factoren van onrecht en onderdrukking zijn verdwenen. Nu is het tijd om deze sancties op te heffen,” aldus het hoofd van de Hayat Tahrir al-Sham (HTS)-groep.
De twee functionarissen bespraken ook de noodzaak om een nieuwe Syrische grondwet op te stellen die de minderheden van het land beschermt. Daarnaast stonden de kwesties van Syrische vluchtelingen, de “schendingen” van de Syrische soevereiniteit door Israël en de situatie van de Koerdische Volksbeschermingseenheden (YPG) op de agenda. De machtsovername door de oppositie in Syrië volgde op 13 jaar van brutale oorlog, die begon als een grotendeels ongewapende opstand tegen al-Assad in 2011, maar uiteindelijk uitmondde in een totale oorlog die buitenlandse mogendheden erbij betrok, honderdduizenden levens eiste en miljoenen mensen tot vluchteling maakte.
Fidan bezocht Damascus te midden van gevechten in het noordoosten van Syrië tussen door Turkije gesteunde Syrische strijders en de Koerdische YPG-groep, die door Ankara als een terroristische organisatie wordt beschouwd. Turkije heeft jarenlang rebellen gesteund die al-Assad wilden afzetten, terwijl het ook miljoenen Syrische vluchtelingen huisvestte, waarvan het hoopt dat zij naar huis zullen terugkeren. Turkije heeft hulp aangeboden aan de nieuwe Syrische regering, “met de nadruk op het belang van het in stand houden van de staatsinstellingen.” Sinds de opstand in 2011 is Turkije een van de belangrijkste steunpilaren van de Syrische oppositie geweest. Fidan benadrukte simpelweg het belang van het behoud van de staatsapparaten.
Op dezelfde dag ontving al-Sharaa ook de Libanese Druzenleider Walid Jumblatt, terwijl verschillende regeringen en Syriërs hun bezorgdheid uitten over de bescherming van minderheden onder de nieuwe Syrische regering, waaronder de Koerden, christenen, Alawieten en de Druzen, een Arabische minderheid die een tak van de islam beoefent. “We zijn trots op onze cultuur, onze religie en onze islam. Deel uitmaken van de islamitische omgeving betekent niet dat andere sekten worden uitgesloten. Integendeel, het is onze plicht om hen te beschermen,” zei al-Sharaa tijdens zijn ontmoeting met Jumblatt, in opmerkingen die werden uitgezonden door de Libanese omroep Al Jadeed.
Jumblatt is de eerste Libanese figuur die Syrië bezoekt en de leiders van de nieuwe regering ontmoet. Hij, een ervaren politicus en prominent Druzenleider, verklaarde dat de verwijdering van al-Assad het begin zou moeten zijn van een nieuw tijdperk van betrekkingen tussen Libanon en Syrië. Als criticus van Syrië’s betrokkenheid in Libanon gaf hij de vader van al-Assad, voormalig president Hafez al-Assad, de schuld van de moord op zijn vader tientallen jaren geleden. “Wij begroeten het Syrische volk voor hun grote overwinningen en wij salueren voor uw strijd die u voerde om van onderdrukking en tirannie af te komen die meer dan 50 jaar duurde,” vertelde Jumblatt aan al-Sharaa.
Al-Sharaa, voorheen bekend als Abu Mohammed al-Julani, zei dat hij een regeringsdelegatie naar de zuidwestelijke Druzenstad Sweida in Syrië zou sturen, met de belofte om diensten te verlenen aan de gemeenschap ter ere van de “rijke diversiteit aan sekten” van het land. “Syrië zal niet langer een geval zijn van negatieve inmenging in Libanon,” zei hij. Al-Sharaa heeft verzekerd dat alle religieuze en etnische minderheden “eerlijk vertegenwoordigd” zullen zijn in Syrië.
