Dengue, overgedragen door de Aedes aegypti-mug, kent vier serotypen: DENV-1, DENV-2, DENV-3 en DENV-4. Immuniteit tegen één specifiek serotype biedt enkel levenslange bescherming tegen dat serotype, wat impliceert dat latere infecties met andere serotypen het risico op ernstige ziektevormen kunnen verhogen. De opkomst of introductie van een serotype dat eerder niet dominant was in een gebied kan resulteren in een stijging van het aantal gevallen, gezien de grotere vatbaarheid van de bevolking.
Het DENV-3-serotype is vastgesteld in diverse landen in Noord- en Zuid-Amerika, waaronder Brazilië, Colombia, Costa Rica, Guatemala, Mexico en Peru. In 2024 meldde Argentinië de verspreiding hiervan, wat de intrede van dit serotype in het land markeerde. Tegelijkertijd rapporteerden Brazilië en Colombia een stijging van het aantal gevallen gerelateerd aan DENV-3, vooral onder kinderen, en het is ook aangetroffen in andere landen in Centraal-Amerika en het Caribisch gebied. Dit serotype wordt geassocieerd met ernstige ziektegevallen, zelfs bij primaire infecties, wat leidt tot bezorgdheid over de mogelijke gevolgen voor de volksgezondheid. De heropleving van DENV-3, nadat het een lange periode afwezig was geweest in bepaalde gebieden, vergroot de kwetsbaarheid van bevolkingsgroepen die nog niet blootgesteld zijn geweest aan dit serotype.
In 2024 rapporteerde de regio Amerika meer dan 13 miljoen gevallen van dengue, waarvan 22.684 als ernstig werden geclassificeerd (0,17% van het totaal) en 8.186 tot sterfgevallen leidden (case fatality rate van 0,063%). In de vroege weken van 2025 meldden 23 landen en gebieden in de regio samen 238.659 gevallen, waarbij de meerderheid zich bevond in Brazilië (87%), gevolgd door Colombia (5,6%), Nicaragua (2,5%), Peru (2,5%) en Mexico (2,5%). Van deze gevallen waren er 263 ernstig, met 23 dodelijke slachtoffers als gevolg van de ziekte.
PAHO raadt aan dat landen hun maatregelen voor vectorbestrijding verscherpen, de diagnostische capaciteit binnen zorgsystemen verbeteren en zorgen voor een vroege en adequate behandeling van patiënten om ernstige complicaties te vermijden. Publieke voorlichtingscampagnes die gericht zijn op het verminderen van blootstelling aan muggenvectoren en het elimineren van broedplaatsen zijn eveneens essentieel. Wat betreft vaccinatie heeft het TAK-003 denguevaccin, dat in sommige landen in de regio wordt toegepast, volgens het bewijs van de fabrikant, gepubliceerd in de significante fase 3-studie, een lagere bescherming tegen DENV-3 getoond, vooral bij kinderen zonder een infectiegeschiedenis. Dit benadrukt de noodzaak om zorgvuldige vaccinatieprocedures te waarborgen en continue monitoring van bijwerkingen die aan de vaccinatie kunnen worden toegeschreven, in stand te houden.
PAHO houdt de ontwikkelingen rond de circulatie van DENV-3 nauwlettend in de gaten, evenals de andere serotypen, en zal landen blijven ondersteunen bij de implementatie van doeltreffende controle- en responsmaatregelen in het geval van mogelijke uitbraken. Het is van groot belang dat zorgsystemen voorbereid zijn om de verwachte stijging van het aantal gevallen aan te pakken en de kans op ernstige complicaties die met deze ziekte samenhangen te minimaliseren.
