Politieke partijen zijn wettelijk bevoegd om Assembleeleden terug te roepen.

Met 30 stemmen vóór van de coalitiepartijen en de NPS is de Terugroepwet na uitgebreide discussies en verschillende aanpassingen donderdag goedgekeurd door De Nationale Assemblee. De coalitiepartijen VHP, ABOP, PL, samen met de oppositiepartij NPS, hebben donderdag de Terugroepwet met 30 stemmen aangenomen. De NDP stemde tegen (5 stemmen; hoofdbestuursleden moesten eerder vertrekken voor een belangrijke vergadering) en de BEP was niet aanwezig in de zaal. Deze wet maakt het mogelijk om Assembleeleden die zich niet aan hun partijprogramma en visie houden terug te roepen door middel van royement. Tevens verliezen leden die in een jaar tijd 60% van de vergaderingen niet bijwonen hun lidmaatschap. Voorstanders van de initiatiefwet stelden dat Suriname een partijpolitiek systeem kent. Het is de partij die de kandidaten voordraagt. Wanneer de gekozen personen besluiten naar een andere partij over te stappen of een aparte fractie te vormen, kunnen zij nu teruggeroepen worden. In het verleden is het niet gelukt om politici die overgelopen zijn terug te roepen.

Kandidaten die nu op de kandidatenlijst komen, zijn zich er vooraf van bewust welke gevolgen er volgen wanneer zij afwijken van de partijbelangen. Gregory Rusland, fractievoorzitter van de NPS, stelde dat het goedkeuren van de wet niet betekent dat mensen niet kritisch mogen zijn. Hij onderstreepte dat het de partij is die de kandidaten op de lijst plaatst en dat het niet is toegestaan dat zij handelen in strijd met de principes van de partij en van de samenleving. Indien dat wel het geval is, moeten zij een eigen partij oprichten. Volgens Rusland betekent de wet een versterking van de democratie. Obed Kanape, fractieleider van de ABOP, gaf aan dat kandidaten tijdens de campagne het volk aansporen om de ideologie van de partij te steunen. Zodra zij gekozen zijn en hun eigen weg inslaan, moeten zij kunnen worden teruggeroepen. Ook Evert Karto, fractieleider van Pertjajah Luhur, verdedigt deze wet met overtuiging. Deze partij heeft aan den lijve ondervonden wat het betekent wanneer Assembleeleden de partij in de steek laten. Zelfs royement van leden heeft niet geleid tot hun terugroeping.

Assembleelid Melvin Bouva gaf aan dat zijn fractie niet voor deze wet kan stemmen. Hij beschouwt de wet als ondemocratisch en ziet het als een middel voor machtsbehoud. De stem van het volk wordt volledig genegeerd. Het democratische karakter van het werk in De Nationale Assemblee wordt volgens Bouva met de voeten getreden, mede met het oog op de eed die wordt afgelegd. NDP fractieleider Rabin Parmessar benadrukte tijdens de discussie dat een Assembleelid de ruimte moet hebben om op basis van eigen inzicht standpunten in te nemen. Indien een partij na de verkiezingen afwijkt van haar beloften en haar verkiezingsprogramma, kunnen leden morele dilemma’s ervaren. Volgens deze wet kunnen zij dan als oproerkraaiers worden bestempeld en door het partijbestuur worden geroyeerd. De initiatiefnemers Asis Gajadien en Niesha Jhakry (beiden van de VHP) stelden dat met deze wet leden niet meer met de zetel van de partij kunnen vertrekken. Zetels van de partij worden op basis van eigenbelang verkocht. Daarom moet de partij het mandaat hebben om een dergelijk lid terug te roepen. Gajadien merkte op dat partijen politici niet terugroepen als zij het merendeel van de vergaderingen niet bijwonen of wanneer zij meerdere veroordelingen op hun naam hebben. Dit is nu wettelijk geregeld. Volgens hem komt de democratie met deze wet beter tot zijn recht.

Deel dit: