VHP streeft ernaar, bij de aankomende verkiezingen, ten minste 26 zetels te veroveren. **

Assembleelid Nisha Jhakry sprak tijdens een ‘ondro osso’ vergadering van de VHP aan de Cassaveweg zaterdag in het district Nickerie.

De VHP doet een oproep aan de kiezers om deze keer niet 28, maar ten minste 26 zetels te verkrijgen om het land voor een tweede termijn te kunnen besturen. In 2020 ontving de partij 20 zetels en was daardoor afhankelijk van andere politieke partijen voor het nemen van beleidsbeslissingen. Tijdens een partijbijeenkomst aan de Cassaveweg in Nickerie, geleid door hoofdbestuurslid Mahinder Jogi, werd aan de achterban toegelicht dat er, ondanks een aanzienlijke schuld en een lege staatskas, veel gedaan is voor het land. Hoewel er nog steeds onvrede is onder de bevolking omdat niet alles gerealiseerd kon worden, is het belangrijk te erkennen dat vele problemen niet in vijf jaar opgelost kunnen worden. Sprekers zoals Assembleeleden Nisha Jhakri, Roy Mohan, ministers Riad Nurmohamed en Stanley Raghoebarsing gaven aan dat er de afgelopen periode hard is gewerkt en dat er diverse projecten door het hele land zijn uitgevoerd.

Jogi merkte op dat de VHP drie termijnen president Ronald Venetiaan van de NPS zonder voorwaarden heeft gesteund, maar nu de partij van Chan Santokhi aan de leiding is, heeft de groene partij voortijdig de regering verlaten. Dit wordt de NPS verweten. Over NDP-voorzitter Jennifer Geerlings-Simons had Jogi te zeggen dat zij gedurende tien jaar voorzitter was van De Nationale Assemblee. In deze functie had zij corrigerend kunnen optreden en moeten voorkomen dat de voormalige regering het land naar de afgrond leidde en enorme schulden opbouwde. Hij houdt haar mede verantwoordelijk voor het beleid dat destijds is gevoerd. Hierdoor heeft de bevolking veel offers moeten brengen om de ontspoorde economie weer op de rails te krijgen.

Alle sprekers benadrukten dat gezien de ontwikkeling van olie en gas, het bestuur van het land niet in onbetrouwbare handen moet komen. Tevens moet ervoor gezorgd worden dat de rijstsector en de productie-industrie worden ondersteund, want olie is geen voedsel. Jogi en Raghoebarsing benadrukten dat andere landen met aanzienlijke olievoorraden, als gevolg van slecht bestuur, geen ontwikkeling hebben weten te realiseren. Voorbeelden hiervan zijn Venezuela en bepaalde Afrikaanse landen. Jogi vroeg minister Raghoebarsing aandacht voor de pompen van Wakay en Wageningen. Er moet alles aan gedaan worden om ervoor te zorgen dat er voldoende water is voor de rijstsector. Hoewel er brandstof is geleverd, is het probleem nog niet opgelost. Er moet worden onderzocht wat precies de oorzaak van de situatie is.

Deel dit: